Warmtepompen
Warmtepompen
Voor zover het relevant is voor de Nederlandse energietransitie kan je warmepompen omschrijven als apparaten die gebruik maken van een natuurkunidg verschijnsel om energie uit de omgeving te oogsten. Hiermee zijn ze in staat om aanmerkelijk meer warmte of kou te leveren dan de energie die nodig is om ze aan te drijven.
Warmtepompen, en het onderliggende principe zijn op talloze manieren toepasbaar. De hoogste efficienties worden behaald bij een zo gering mogelijk verschil tussen bron en doeltemperatuur.
Omdat deze natuurkundige 'truc' eigenlijk alleen breed toepasbaar is daar waar een warmte of kou vraag is die zo min mogelijk afwijkt van de omgevingstemperatuur, is deze technologie bijzonder geschikt om de ruimteverwarming/koelvraag te bedienen. Het biedt een kans om dit onderdeel van onze gezamelijke energievraag zeer efficient te maken.
Wat is een realistische efficientie voor een warmtepomp?
De meest efficiente praktisch inzetbaar en reeds geindustrialiseerde vorm van warmtepomp toepassing is in combinatie met een WKO. Deze combinatie haalt in de praktijk een COP van rond de 4.2. Dat betekent dat elke kW (electrisch) vermogen, 4.2 kW (warmte) oplevert. Een WP/WKO combinatie is eigenlijk een grond/water warmtepomp, erop duidend dat de brontemperatuur uit de grond wordt gehaald, en de afgifte door middel van water geschiedt.
Een andere soort warmtepomp die vaak genoemd wordt is een lucht/water warmtepomp. Gemiddeld ligt de haalbare COP hiervan rond de 2.5, omdat naarmate de omgevingstemperatuur daalt, de efficientie afneemt omdat de doeltemperatuur in huis hetzelfde blijft maar de delta-T t.o.v. de bron (de buitenlucht) groter wordt in de winter. In totaal is meestal een lucht/lucht warmtepomp goedkoper. Gezien het extra efficientie effect van de WP/WKO oplossing is het wenselijk dat de overheid juist deze oplossing stimuleert, het is meer dan drie keer zo efficient als eHT warmtenetten, nog zonder dat we rekening hebben gehouden met de energiebesparings gevolgen van de isolatie die noodzakelijk is om deze technologie in te zetten. In totaal is de volledige warmtevraag te bedienen met iets in de orde van 25%-33% van de duurzame bronnen die nodig zijn om de HT wartmetenetten 100% (volgens normen) duurzaam te maken. Dat betekent dat er een zeer aanmerkelijke hoeveelheid van de schaarse duurzame bronnen over zijn om uitstoot in andere delen van het energiesysteem terug te dringen tov van een keuze voor HT warmtenetten.
